Het kunstaasrek van Frans Oomen- deel 4.

Wat we tot dusver al gehad hebben zijn pluggen, jerkbaits en spinnerbaits. Tijd voor een softbait dus. Het is zo dat ik daar wat minder mee vis als het om snoek kunstaas gaat maar gek genoeg zijn mijn grootste vissen er wel mee gevangen.

Tekst en foto’s: Frans Oomen

In helder water vis ik graag met zwart.

Mijn favoriet bewaar ik nog even voor later. Ik ga een klein beetje reclame maken, doe er mee wat je wil. En als je er wat van opsteekt en het met ander kunstaas gaat doen vind ik het ook goed. Zolang de boodschap maar overgekomen is.

Ik schrijf dit voornamelijk omdat ik het leuk vind. In de tijd schreef bijvoorbeeld Bertus Rozemeijer over flankers en hij noemde daarbij de Grandma. Het zal hem waarschijnlijk een worst gewezen hebben dat jij dat deed met een Jake of een Crane bait. Hij legde de basis voor veel van mijn generatie genoten.

Rubber om ondiep te vissen.

Ik vind het geschreven woord veel mooier dan filmpjes. De reden is eigenlijk simpel: hoe mooi het ook gebracht wordt, het kan niet tippen aan de vissen in het echt en dat maak ik vaak genoeg mee. Als hetgeen wat er vertelt of getoond wordt dan ook nog eens druipt van de reclame, dan haak ik af.

Als ik al filmpjes kijk is het van iets dat ik nog eens een keer wil gaan doen. Muskie vissen bijvoorbeeld of een tropische bestemming. Iets wat ik nog niet eerder ervaren heb. Zeker als het om muskie filmpjes gaat valt er veel meer diepgang in te ontdekken dan de zoveelste polder – GoPro film of lekker op groot water vissen met ……

Er is niks mis met mensen die wat willen delen en iedereen doet maar wat ie wil. Ik doe het op deze manier en als ik er de tijd voor vind schrijf ik wat. Tijd is een probleem aan het worden want ik heb het gillend druk. Naast een beetje werken is het nu ook een drukke tijd. Er zijn wat evenementen zoals open dagen en de beurs in Gouda (zie we je daar ook?).

De karpers vragen ook wat van mijn tijd.

Nog een klein beetje sociaal leven kost ook wat tijd. Na de sluiting van het roofvisseizoen vragen karpers en zeelten weer wat aandacht en er zijn de nodige buitenlandse trips geplant.

Net terug uit Djibouti

De eerste trip, een tropische trip naar Djibouti met long time vismaat Nico zit er net op en ik ben nog wat aan het bijkomen van alle indrukken en grote vissen die we mochten vangen. Daarover wellicht ook nog een keer iets.

Zweden 2015 – 1,24mt

Verder komen er in mei 2 weken Zweden aan. Dit stuk schrijven en het volgende is ook al weer in de maak. Genoeg om nog meer over te schrijven dus. Wellicht een volgende keer.

Rivierbuffel op de 23 cm stager
Art baits Stager

Dit keer een shads dus. De shad waar ik mee ga starten is de Stager van Art Baits. Een die in vele maten te koop is maar ik beperk me hier vooral tot de snoekvisserij. Ik heb er ook al kabeljauw, baars en snoekbaars mee gevangen. Een alleskunner.

Deze shad zag het levenslicht ergens rond 2010 en het is een van de oudste modellen uit de Artbaits stal. Deze serie begon in de kleine maten en leende zich uitstekend voor het werpend en vertikaal vissen. Ergens rond 2012 had ik mijn eerste modellen gekregen van de kleine maten.

Zoals zovelen beschik ik over bergen met shads van vooral Amerikaanse makelij. Vooral voor snoekbaars. Alles heeft zijn plaats als het om snoekbaars shads gaat. Deze shads kregen al snel een vaste plek in mijn shadbakken want ik ving er goed mee. Nog steeds vis ik er veel mee trouwens.

Ook voor grote snoekbaarzen

Goeie grote snoekshads waren wat minder makkelijk te krijgen. Relax en Fox hebben die altijd wel gehad. Dat zijn eveneens klassiekers. Artbaits kwam na een tijdje ook met een snoekwaardig formaat en omdat ik dicht bij het vuur beschikte ik vrij vroeg over deze shads.

Voor de snoekvisserij zoals ik die het liefst beoefen zijn de modellen van 14, 18 en 23 cm het meest gebruikt, waarbij ik de grootste 2 het meest gebruik. Ik pas ze op 3 manieren toe: als swimbait met een montage met weinig gewicht, spinnend binnen te vissen dus. Daarnaast gebruik ik ze ook nog met een zware schroefkop waarbij ik de diepere waterlagen af vis. En een montage om weedless te vissen.

Shallow screw succes

Die swimbait montage maak ik eigenlijk altijd zelf waarbij ik de 23cm het fijnst vind. Ik heb een tooltje om de oogjes te draaien. De haken zet ik vast met pinnetjes waarvan ik het uiteinde omgebogen heb. Die kant en klare systemen met van die rechte pinnetjes laten bij mij al vrij snel los. Overdwars steek ik dan een dik stuk fluorcarbon door de shads waar het haakje achter kan hangen.

Werkt uitstekend en vast is ook echt vast maar bij een aanbeet komt het wel los zonder de boel kapot te trekken. Van het steeds weer in en uitsteken van die pinnetjes word je shad ook niet steviger trouwens.

Weedless uit de planten getrokken.

Als ik de Stager met een loodkop vis gebruik ik ook de grootste 2 maten. De 18 en 23 cm versie vis ik aan een pittige baitcaster. Eentje met voldoende lengte om zo de benadering te hebben die ik ook heb als ik met de spinhengel op baars of snoekbaars vis. Het totaalgewicht is vrij fors wat daarom ook de reden is dat ik voor een zware hengel kies. Voor snoek is dat doorgaans een goede aanpak en daarom laat ik lichte loodkoppen meestal achterwege. Het wat lomper. Ik zet er schroefkopen op als werpgewicht.

Die ik gebruik zijn meestal van Fox rage. Eenmaal ingeschroeft fixeer ik ze nog met een klein beetje secondelijm. De stingers zet ik langs de bovenzijde op de shad. Dit in verband met vasthangen aan de bodem maar, en dat is zeker zo belangrijk: visveiligheid. Als de haken van onder aan de shad hangen kan je die makkelijker in de kieuwbogen krijgen en dat is link voor een snoek. “Maar met pluggen zitten ze toch ook van onderen?” hoor ik je denken. Dat is waar.

Het probleem zit erin dat het zwaartepunt van een shad met loodkop altijd voorop zit en de shad niet zelden een vrije val maakt. Als de vis zijn bek open trekt zal de staart van de shad als eerste naar achter in zijn bek vliegen. Met de haken van boven op de shad zal je hem minder makkelijk in de kieuwbogen haken. Let daar dus op. Dit speelt ook bij ander rubber.

Zo maak ik ze al jaren

Een speciale montage is wel de weedless versie met de 14cm stager. Deze bestaat uit een loodkop van 14 of 17 gram met het bevestigingsoog van voor op de loodkop en in de rug ingestoken weedguards. Een weinig gebruikte methode maar een die al heel veel grote vissen opgeleverd heeft. Dit is vergelijkbaar met traditioneel shadvissen maar dan extra heavy!

Die 14 gram is nodig om je montage in de planten te laten zakken. De shads waarmee dit goed gaat zijn te herkennen aan een niet te uitbundige staart actie en ze mogen zeker niet te veel flanken. De weedguards maak ik van 70/00 nylon. De loodkopen kan je bij mijn weten nergens kopen voor deze visserij. Ik heb er mijn loodmallen voor aangepast. De haken zijn van Mustad. Dat vind ik persoonlijk nog altijd de beste jighaken voor de visserij in de lage landen.

De meeste merken die je in de winkel kan kopen gieten ze daar ook op. Ze worden gekenmerkt door een ruimere bocht dan de concurrentie en haken daarmee veel beter in. Voor de weedless visserij gebruikte ik ook wel streamerhaken van Gamakatsu maar uiteindelijk heb ik toch een voorkeur voor de Mustad haken. Die moest je trouwens speciaal bestellen want door de consumentenmarkt waren ze amper te krijgen in onze regionen.

De techniek voor weedless vissen is eigenlijk simpel. Je vist dit uitsluitend vanuit geankerde positie. Je boot moet niet te hevig bewegen op de stroming en of wind want daardoor verander je van positie en het is juist van belang dat je zo recht mogelijk binnen kunt vissen. Zie het maar zoals het vissen met spinnerbaits.

Een spinhengel van het type zeebaars stok is wel wenselijk voor het sleurwerk van grote vissen uit de planten. Een lijndikte van 16/00 tot 23/00. Lichte staaldraad als leader, glad afgewerkt met spelden die geen uitsteksels hebben is een must. Normaal gebruik ik zelden staaldraad voor het werpen met shads maar nu wel.

Qua kleuren heb ik niet echt een voorkeur voor de loodkop montage, als ik hem als swimbait vis gebruik ik graag zwart op helder water en fire tiger of oranje als het wat troebeler is. Die kleuren pas ik ook toe bij andere kunstaasjes in vergelijkbare omstandigheden.

We staan met Artbaits in Gouda op het roofvis event op 10 mei. Kijk ook even op de Website: www.art-baits.be

Volgende keer bespreek ik weer een plug. Tot dan!

Het kunstaasrek van Frans Oomen- deel 3.

Joe Bucher Depth Raider

In het rijtje “ken uw klassiekers” wil ik graag een van mijn favoriete pluggen met jullie bespreken. De Joe Bucher Depth Raider is voor vele een plug zoals alle anderen maar persoonlijk vind ik dat hij op een paar punten met kop en schouders boven de concurrentie uit steekt.

Tekst en foto’s: Frans Oomen

Voor mij een blijvertje
Een Amerikaanse klassieker

Lees verder “Het kunstaasrek van Frans Oomen- deel 3.”

Het kunstaasrek van Frans Oomen- deel 2.

Waar ik in deel 1 maar een stuk kunstaas besproken heb neem ik er nu 2 onder de loep. Ik ga proberen een soort van mix te maken in verschillende type kunstaasjes. De vorige keer keken we naar een jerkbait dus is het nu tijd voor een spinnerbait en een plug.

Bekijk hier het eerste deel van het Kunstaasrek van Frans Oomen

Tekst en afbeeldingen: Frans Oomen

Grim reaper Triple threat

In 2005 kocht ik mijn eerste kunstaas in de VS. Ik was een vaste klant bij Rollie and Helen’s muskyshop. Een keer of 5 per jaar kwam er wel een doos met kunstaas deze kant op. Toen was het nog leuk om wat te bestellen in de VS maar tegenwoordig is dat geen pretje meer. En het ziet er ook niet naar uit dat er verbetering in komt met de koers die de Amerikanen momenteel varen. Lees verder “Het kunstaasrek van Frans Oomen- deel 2.”

Het kunstaasrek van Frans Oomen- deel 1.

Het is al weer een hele tijd geleden dat ik nog eens een stuk voor Roofvisweb geschreven heb. Voorheen schreef ik graag een stukje als ik daar zin in had. Zowel over roofvis als over karper. De winkel waar ik voor viste (Hengelsport De Kock) sloot recent zijn deuren en dus had ik even wat meer rust. Dat vond ik ook wel weer fijn op zich.

Tekst en Foto’s: Frans Oomen

Gaandeweg kwam ik er achter dat ik toch wel graag wat wilde schrijven en dus heb ik met Frank van Vliet weer eens contact opgenomen. Dat contact was als vanouds. Alsof we elkaar vorige week nog gesproken hebben. Lees verder “Het kunstaasrek van Frans Oomen- deel 1.”

Frans Oomen Vergeten Kunstaas

“Hey joh, wanneer schrijf jij weer eens wat?” vraagt Frank op het Roofvisevent in Gouda. Na 2 jaar is er eindelijk weer eens een beurs en jongens wat heb ik dit gemist. Frank is nog steeds Frank en vraagt dus recht op de man af of je wat hebt voor Roofvisweb.

Ik heb de afgelopen jaren redelijk wat geschreven maar dat ging vooral over karpers. En omdat het hier geen Karperwereld Online is (komt het niet op hoor!) maar Roofvisweb was het stil. Lees verder “Frans Oomen Vergeten Kunstaas”

Jan Eggers 100 jaar snoeken in Nederland, deel 5

De nieuwe visserijwet en meer aandacht voor de snoekstand. In 1954 besluiten zowel de Eerste als Tweede Kamer dat het omstreden Pachtbesluit Visrecht 1941, waardoor het o.a. verboden was viswater te verpachten aan sportvissers, niet zal worden verlengd en daarvoor in de plaats komt de gewijzigde visserijwet. Op 1 februari 1955 wordt de Kamer voor de Binnenvisserij geïnstalleerd door minister Sicco Mansholt en wordt ook deze gewijzigde visserij wet van kracht. Zowel de AHB als het CNHV zijn lid van dit orgaan. In De Nederlandsche Hengelsport van maart 1955 kan men lezen dat er een mijlpaal is bereikt en het recht van de sport op het pachten van viswater in de wet is vastgelegd. Lees verder “Jan Eggers 100 jaar snoeken in Nederland, deel 5”

Jan Eggers 100 jaar snoeken in Nederland, deel 4

Als je bezeten bent van het snoeken, dan……..
Als je bezeten bent van het snoeken, dan……..

In de eerste hoofdstukken heb ik de eerste 50 jaren van de 20ste eeuw behandeld en nu wordt de periode 1950 tot 2013 aan een snoek kundig onderzoek onderworpen. Zeer waarschijnlijk zal ik nu nog meer het volgende probleem hebben: waar moet ik wel over schrijven en waarover niet? Omdat ik het snoeken in de praktijk en de ontwikkeling van de snoekvisserij in deze laatste periode van zeer nabij heel bewust heb meegemaakt, zal ik zeer waarschijnlijk vele toch wel interessante snoekzaken niet kunnen noemen. Want zeg nu zelf, een dikke halve eeuw Nederlandse snoekgeschiedenis past niet eens in een boek, laat staan in enkele A-viertjes. Genoeg daarover, laten we nu kijken hoe in de jaren 50 op Esox lucius werd gevist. Lees verder “Jan Eggers 100 jaar snoeken in Nederland, deel 4”

Spinners elektrisch geladen.

collage-2015-02-17Rare naam voor een artikel zul je nu misschien denken, maar als je leest hoe ik aan deze naam kom gaat je misschien een lichtje branden. Bij het verwijderen van wat oude elektrische bedrading in huis kwam ik verschillende kleuren elektriciteitsdraad tegen ,en bedacht me ineens hoe ik die kleuren toe kon passen in bijvoorbeeld het bouwen van spinners.Want als de elektriciteitsdraad is verwijderd houden we een mooi gekleurd stukje soepel kunststof over met een perfecte binnen en buiten diameter om je spinners mee te versieren.

Tekst en foto’s: Jack vd Mortel.

Elektriciteitsdraad ontdaan van de buiten mantel.
Elektriciteitsdraad ontdaan van de buiten mantel.

Na de ommanteling van de elektriciteitsdraad gehaald te hebben is deze meteen klaar voor gebruik. Verder natuurlijk nog de “normale” gereedschappen voor het bouwen van grote en kleine spinners. Zoals roestvrij staaldraad,hier gebruik ik voor de kleinere spinners zoals in dit artikel vermeld ,een dikte van 0,8 mm dikte. Een kniptangetje voor het knippen van de draad en een rondbek tangetje voor het draaien van de oogjes aan de draad. Maar een dikke spijker zou ook kunnen.

Kniptangetje en rondbek tangetje ,voor het buigen van oogjes aan de draad.
Kniptangetje en rondbek tangetje ,voor het buigen van oogjes aan de draad.

Om de ommanteling van de elektriciteitsdraad op lengte te maken gebruik ik een scheermesje, maar een schaar of het kniptangetje kan ook hiervoor worden gebruikt. Allereerst buigen we een oogje aan de draad, waarna het ruitertje met het gewenste spinnerblad op de draad wordt geschoven. Daarna een kraaltje om de ruiter en het blad goed te laten draaien. Er zijn zelfs ruitertjes waarvan de spinnerbladen kunnen worden verwisseld tijdens het vissen, zo kan je tijdens een vissessie ook nog van kleur blad wisselen.

Ruitertjes om tijdens het vissen van blad te wisselen.
Ruitertjes om tijdens het vissen van blad te wisselen.

Nu komt het op je fantasie aan en worden er stukjes van de gekleurde ommanteling geknipt of gesneden om zo verschillende kleuren combinaties te maken. Grote stukjes, kleine stukjes, al dan niet voorzien met af en toe een gekleurd kraaltje . Die worden in zakjes verkocht. Maar ook een goedkoop kralensnoertje is kapot te knippen om de kraaltjes te gebruiken. Ik koop daarvoor wel eens een zeer goedkoop kralen snoertje bij de action of rommelmarkt. Zo ook deze zilverkleurige als op de foto. Wil je wat dieper vissen is je spinner natuurlijk ook te verzwaren met de daarvoor bestemde body’s, nog steeds is dit dan te combineren met de kleuren van jou keuze.

Ruitertjes , kraaltjes, verzwaarde body’s.
Ruitertjes , kraaltjes, verzwaarde body’s.

Kortom een aasje bouwen naar de kleur die voor jou het beste lijkt te werken. En verandering van spijs, in dit geval “kleur” doet eten. En dat geldt natuurlijk ook voor onze rovers.

Resultaat van een uurtje knutselen.
Resultaat van een uurtje knutselen.

Mochten er toch nog wat vragen zijn, of wil je gewoon alles in de praktijk eens willen bekijken. Ik ben alle dagen op de Visma bij de stand van “ROOFVISWEB” aanwezig met de nodige materialen en help je uiteraard graag verder.

Jack van de Mortel.

 

Spinners (deel 2) door Frans Oomen

In het eerste deel beschreef ik met welke materialen ik vis als ik spinners inzet. In dit deel wil ik wat dieper ingaan op de spinners zelf en de leaders.

Tekst en foto’s: Frans Oomen

Metervis uit de Glomma op een Frans blad
Metervis uit de Glomma op een Frans blad

De spinners die ik graag gebruik zijn over het algemeen niet te groot. Meestal hebben ze een bladmaat nr 6 tot nr 8. Er is een hele waslijst aan verschillende spinnerbladen te koop, te veel om ze hier allemaal op te noemen. Ik zal me daarom beperken tot de bladmodellen die ik gebruik.

Wilgen blad of Willow leaf
Een langwerpig blad in de vorm van, jawel, een wilgenblad. Dit draait snel rond de as en slaat niet ver uit. Geeft weinig weerstand in het water waardoor hij lekker snel te vissen is. Het blad heeft ook niet al te veel lift in het water waardoor je met relatief weinig gewicht toch diep kunt vissen. De bekendste spinners met dit bladmodel zijn wel de Mepp’s giant killer’s. Deze spinner tref je bij mij en enkele van mijn vismaten regelmatig aan. Ze zijn hier en daar in Nederland ook te krijgen.

Willow leaf
. Willow leaf.

Ook met de spinners van Windel’s heb ik goed gevangen. Deze zul je hier in Nederland niet snel tegen komen in de winkels. Bestellen via internet in de VS dus. Wilgenbladen starten over het algemeen slecht op maar met de hierboven genoemde Windel’s en de Giant Killer heb ik daar weinig last van. Deze hebben ook een iets ander blad.

Colorado bladen
Van het type Colorado gebruik ik vaak de Muskie Marabu van de firma Mepps. Het blad heeft wat meer lift waardoor je deze spinner automatisch wat hoger vist in het water, zeker als je wat snelheid maakt.

Colorado blad
Colorado blad.

Veel van de spinners die ik zelf gemaakt heb zijn ook met dit blad uitgevoerd. Vaak bouw ik ze als een bulger, dat wil zeggen met 2 spinnerbladen waarvan de ruiters in elkaar draaien. Meestal gebruik ik wel flink wat lood en grote messing kralen voor mijn spinners om ze toch wat dieper te kunnen vissen.

Olympic bladen
Het olympic blad is een soort van kruising tussen een colorado en een wilgenblad. Ze starten altijd mooi op en hebben niet te veel lift. Ze worden ook wel “Turtle back” genoemd. Er zijn niet veel spinners in de handel met deze bladen. Ik bouw ze eigenlijk altijd zelf. De eerste Cowgirls waren ook met dit blad uitgevoerd.

Olympic bladen
Olympic bladen.

French blade
Het French blade of Frans blad (whats in a name?) is een blad dat je op veel Mepps spinners aan treft. Mepps is Frans dus vandaar de naam denk ik. Mooi snel te vissen. Komt ook niet te snel omhoog.

Frans blad
Frans blad.

Fluted bladen
Deze bladen gebruik ik op spinners die slechts met een blad uitgevoerd zijn. Net als colorado bladen geven ze veel weerstand. Ik vis ze nooit als bulger maar het kan wel. Dit zijn zo ongeveer de bladen waartoe ik me beperk. Zoals gezegd zijn er nog meer modellen te koop. Ik zou echter gewoon kijken wat er in de handel te koop is aan spinners en me beperken tot de bladen waarmee deze uitgerust zijn, dan weet je zeker dat je goed zit.

fluted blad
Fluted blad

Het laatste stukje
De hengels, reels en spinners zelf hebben we gehad dus moeten we nog even naar de leader en de hoofdlijn kijken. Leadermaterialen zijn er te kust en te keur. Vroeger was er eigenlijk alleen gevlochten staaldraad. Tegenwoordig kunnen we kiezen uit tal van leadermaterialen. Spin/jerkbaitstangen, fluor carbon, gevlochten titanium en mono titanium zijn de meest gebruikte materialen. Ik heb een uitgesproken voorkeur voor spinststangen, uitgevoerd met een spiraalsluiting. Echt populair zijn deze dingen niet meer tegenwoordig.

DSC_0249

De andere materialen hebben de plaats overgenomen van de spinstang. Ik zie echter de eigenschappen van die spullen niet als een voordeel bij het vissen met spinners. Je vist je kunstaas immers recht-toe-recht-aan binnen, het hoeft niet uit te slaan naar links of naar rechts zoals een jerkbait (die vis ik touwens ook meestal aan een stang).

IMGP0017

Met de onzichtbaarheid van fluor carbon loop ik ook al niet weg, ook niet op gedresseerd water. Zou een vis die link tussen leader en kunstaas kunnen leggen denk je? Als ze al eens eerder met kunstaas kennis gemaakt hebben dan weten ze wat een dreg is en die hangen nog altijd onder ons kunstaas. Soms wel met zijn drieën tegelijk en toch blijven ze er in happen. Dressuur? Ik geloof er zeker wel in maar in het geval van leaders moet ik het eerst allemaal nog eens zien. Trouwens, als een spinstang de vis af zou schrikken, wat doet de as van een spinner of spinnerbait dan? Dit is toch hetzelfde materiaal?

Buiten spinstangen blijf ik van al die andere materialen hardnekkige verhalen horen over breken van spelden, breken op een knik en metaalmoeheid van het titanium, vezelbreuk bij gevlochten titanium, door raspen van fluor carbon en weet ik wat al niet meer. Al deze dingen heb ik met een spinstang met spiraalsluiting nog niet aan de hand gehad. Ok, er knikt er ook wel eens eentje en als daar nog wat aan te verbuigen valt dan vis ik er mee door. Is de stang hopeloos verbogen dan gooi ik hem weg. Bij titanium gooi je al snel een paar euro weg. Het is wel goed materiaal maar pas wel op met knikken en zorg dat je het voldoende door je sleeves heen haald!

Voor wat betreft lijnen kies je ook nu weer voor een wat dikkere lijn. Gevlochten lijn tussen de 65 en 80 Lb is ideaal. Lichter liever niet.

Als laatste wil ik je mee geven een goede haken vijl aan te schaffen. De haken die we op veel spinners aantreffen zijn nog al bot. Even paar een keer goed met de vijl er langs en je vist een stuk scherper.

Succes!

Frans Oomen